Het CHC-platform is een virtuele ruimte waarop informatie verschijnt rond het CHC-model (Cattell-Horn-Carroll) en de implementatie ervan in Vlaanderen (en Nederland). Het is bedoeld als een open kennisplatform waarop CHC-gerelateerde informatie, documenten en FAQ’s kunnen geconsulteerd en geplaatst worden. Op deze manier bundelt Thomas More de initiatieven, de recente ontwikkelingen en praktijkafspraken voor alle psychologisch en pedagogisch geschoolde diagnostici bij het onderzoek van cognitieve vaardigheden en algemene intelligentie.
De informatie van dit platform mag vrij gebruikt en verspreid worden mits bronvermelding (verwijzing naar Thomas More - onderzoeksgroep Mens en Welzijn) en zonder commerciële doeleinden.
Bij vragen, opmerkingen of suggesties ter verbetering mag u contact met ons opnemen.
Het CHC-model is vandaag één van de meest wetenschappelijk onderbouwde modellen voor het meten van cognitieve vaardigheden dat tevens directe handvaten biedt voor de praktijk. Wereldwijd heeft dit model dan ook een grote invloed op intelligentiemeting en testontwikkeling, waaronder ook in Vlaanderen en Nederland.
Het CHC-model is hiërarchisch gestructureerd en bestaat uit drie niveaus of strata. Het stratum – III niveau is het niveau van de algemene intelligentie, de G-factor. Op het stratum - II niveau bevinden zich de brede cognitieve vaardigheden (BCV), zoals o.a. fluïde redeneren (Gf) en gekristalliseerde kennis/begrijpen (Gc). Elke brede cognitieve vaardigheid kan nog opgedeeld worden in verschillende nauwe cognitieve vaardigheden (NCV), zoals o.a. inductief redeneren en algemene kennis. Deze zijn te situeren op het stratum-I niveau en verwijzen naar de bijkomende specialisaties die vereist zijn om informatie te verwerken binnen die specifieke domeinen van de brede cognitieve vaardigheden. Het zijn die nauwe cognitieve vaardigheden die gemeten worden met intelligentie(sub)testen en op basis waarvan er een inschatting gemaakt kan worden van de BCV’s en de G-factor.
Hier vind je een actuele weergave van het CHC-model, gebaseerd op de laatste inzichten die toegelicht worden in de publicatie ‘Diagnostiek van cognitieve vaardigheden en aansluitend handelen binnen het CHC-denkkader’ (Magez, Rauws & Bos, 2021).
Meer informatie over de integratie van het CHC-model in de psychodiagnostische praktijk vind je hier.
Gebruik van het CHC-model als theoretisch kader bij intelligentiemeting wordt aangeraden door de BFP Testcommissie (zie hun richtlijn hierover).
Het Kwalificatieoverzicht van cognitieve vaardigheidstests (Belgische Testcommissie, januari 2021), dat is opgesteld aan de hand van de TQ-scan, geeft een up-date oplijsting van de courante intelligentietests in Vlaanderen. Het overzicht verschaft een kwalificatie van het betreffende instrument (algemene versus specifieke cognitieve vaardigheidstest) alsook een kwaliteitsbeoordeling.
Ook andere instanties, zoals het Kwaliteitscentrum Psychodiagnostiek (KCD), doen uitspraken over de kwaliteit en het gebruik van cognitieve vaardigheidstests in Vlaanderen. De COTAN is bevoegd voor Nederland.
Actuele informatie over de reglementering wat betreft het indienen van dossiers bij het VAPH en het RIZIV, en de plaats van het CHC-intelligentiemodel in dit verhaal, kan je hier vinden (dd. november 2021).
Flanagan, Dawn & Harrison, 2012
Ondanks de recente herzieningen en ontwikkelingen van intelligentietests, beschikken we in Vlaanderen en Nederland tot op heden niet over één instrument dat alle cognitieve vaardigheden meet. Daarnaast bevatten de meeste tests onvoldoende extra subtesten om dieper in te gaan op bepaalde cognitieve vaardigheden indien dit gewenst is. Daarom zijn we in bepaalde gevallen aangewezen op een benadering waarbij we vertrekken vanuit één kernsubtest en aanvullen vanuit andere tests.
Flanagan en collega’s ontwierpen na jaren studiewerk en ervaring (> 1997) een crossbatterijbenadering (XBA) die psychometrisch en theoretisch verantwoord is. CAPvzw startte in 2007 met het ontwikkelen van deze werkwijze voor gebruik in Vlaanderen. De werkwijze werd in de daaropvolgende jaren (2010, 2013 en 2021) ge-updatet. De laatste update vind je in de publicatie ‘Diagnostiek van cognitieve vaardigheden en aansluitend handelen binnen het CHC-denkkader’ (Magez, Rauws & Bos, 2021). Het respecteren van de XBA-principes geeft de psychometrisch best onderbouwde beoordeling van de cognitieve vaardigheden van een cliënt, binnen de grenzen van praktische beperkingen (bijv. tijd en beschikbaarheid van tests) en de diagnostische vraagstelling.
Er wordt geadviseerd om de WISC-III-NL niet meer af te nemen. Het is uiteraard mogelijk dat je nog in contact komt met resultaten van de WISC-III-NL, bijvoorbeeld bij het opvragen van verslagen. Volgende documenten kunnen gebruikt worden om deze resultaten te (her)interpreteren volgens het CHC-model: WISC-III-NL Tabel (Rauws, 2013), WISC-III-NL Werkwijze (Rauws, 2013), WISC-III-NL Werkbrochure (Rauws, 2014; Magez & De Cleen, 2009), WISC-III-NL Intern rapport (Rauws, 2013), WISC-III-NL Verslag (VCLB De Wissel, 2014), WISC-III-NL Toelichting ouders (VCLB De Wissel, 2013).
2 jaar 6 maanden tot 3 jaar 11 maanden
4 jaar 0 maanden tot 6 jaar 11 maanden
Er wordt geadviseerd om de WPPSI-III-NL niet meer af te nemen. Het is uiteraard mogelijk dat je nog in contact komt met resultaten van de WPPSI-III-NL, bijvoorbeeld bij het opvragen van verslagen. Volgende documenten kunnen gebruikt worden om deze resultaten te (her)interpreteren volgens het CHC-model: WPPSI-III-NL Tabel (Rauws, 2013), WPPSI-III-NL Werkwijze (Rauws, 2013), WPPSI-III-NL Werkbrochure (Rauws, 2013; Magez & De Cleen, 2009), WPPSI-III-NL Intern rapport (Rauws, 2013), WPPSI-III-NL Verslag (VCLB De Wissel, 2014), WPPSI-III-NL Toelichting ouders (VCLB De Wissel, 2013).
Voor elke fase van het HGD-traject leggen we CHC-accenten die ondersteunen bij indicerende diagnostiek. Het is belangrijk om tijdens het intakegesprek cognitieve vaardigheden te herkennen in de onderwijscontext. Tijdens de strategiefase clusteren we deze intakegegevens volgens het CHC-model en formuleren we hypotheses per brede cognitieve vaardigheid die we wensen te onderzoeken. Bij het opstellen van een onderzoeksplan vertrekken we niet vanuit een welbepaalde test, maar vanuit de gestelde hypotheses. In de laatste fase van het HGD-traject, koppelen we de onderzoeksgevens terug naar de onderwijsdoelen die we opstelden tijdens de intakefase.
Volgende documenten geven zeer waardevolle achtergrondinformatie over het CHC-model als informatieverwerkingsmodel alsook de correlaties van de afzonderlijke brede cognitieve vaardigheden met schoolse kennis. Door de verschillende brede cognitieve vaardigheden te benaderen als informatieverwerkingsprocessen, kunnen we aan de hand van de samenhang tussen cognitieve processen en effectieve onderwijsinterventies handelingsgerichte adviezen gaan formuleren op basis van een CHC-profielanalyse. De praktijkgerichte BCV-fiches vormen hierbij een handig werkinstrument.
De BCV-fiches zelf zijn enkel bedoeld als inspiratiebron bij het opstellen van adviezen en handelingsplannen. Een goed handelingsgericht advies kan enkel opgesteld worden op basis van een ruim diagnostisch beeld dat steeds gebaseerd is op meer gegevens dan enkel een CHC-profielanalyse. Ook de haalbaarheid binnen de onderwijs- en opvoedingscontext of hulpverlening moet steeds in rekening gebracht worden. Maak steeds een beperkte selectie en concretiseer!
Casus Ylli vertrekt vanuit een WISC-V als basistest, casus Farah vanuit een WPPSI-IV. Beide casussen beschrijven de denkstappen om tot een concreet onderzoeksplan te komen, de bepaling van de (Trend)-Indexen en een CHC-profielanalyse. Als besluit volgt een samenvattend diagnostisch beeld en worden handelingsgerichte aanbevelingen geformuleerd.
Per thema worden infobundels uitgewerkt. Hierin is beknopte achtergrondinformatie terug te vinden over de toepassing van CHC bij specifieke doelgroepen, geïllustreerd met casusmateriaal.
De publicatie ‘Het zeer lage IQ: een meet- en werkwijze’ (Magez, De Jonghe & Van Parijs, 2021) focust op het zeer lage IQ bij kinderen, adolescenten en volwassenen. De auteurs combineren de metrische roots van het oorspronkelijke IQ met het CHC-gedachtegoed om een IQ lager dan 50/55 metrisch te benaderen met de actueel (2021) beschikbare en erkende intelligentietests. Met deze werkwijze kan je het IQ berekenen van personen die een IQ lager dan 55 hebben en dus buiten het bereik van de normtabellen van de actuele intelligentietests vallen.
Vanuit het verkregen CHC-profiel en de observatie kan de testleider niet alleen onderkennende hypothesen beantwoorden maar verkrijgt hij ook een brede basis voor het formuleren van handelingsgerichte adviezen.
Bijhorende praktische werkbladen kan je hier downloaden:
Kennisclips die de werkwijze illustreren, vind je hier:
Alle vormingen over het CHC-model, handelingsgerichte adviezen en intelligentieonderzoek vind je in ons aanbod.
Bij alle vormingen kan je aangeven waar jij en je team meer over willen leren.
Vind je niet wat je zoekt in ons aanbod? Vraag dan een vorming op maat aan!
Hieronder vind je verschillende documenten waarin heel wat vragen vanuit het werkveld gebundeld zijn. Kijk eerst of je vraag hier nergens te vinden is. Ben je nog steeds niet geholpen? Laat het ons weten!
Hier volgt een overzicht van alle relevante publicaties omtrent het CHC-model. Hoewel we trachten om deze lijst nauwgezet bij te werken kunnen we niet garanderen dat dit overzicht exhaustief is.